Gemeentelijke woonlasten dalen in grote gemeenten, maar daling is vertekend
Het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (COELO) van de rijksuniversiteit Groningen publiceerde deze week een rapport over de belastingen die grote gemeenten in 2017 gaan heffen. Zowel huurders als huiseigenaren gaan erop vooruit. Voor het eerst sinds COELO deze gemeentelijke belastingen meet dalen de woonlasten. Maar juich niet te vroeg: deze daling is vertekend. Dankzij een verborgen belasting betaal je namelijk meer belasting dan je op je aanslag terugziet.
Jaarlijks overzicht
Voor dit rapport heeft het COELO 38 gemeenten onderzocht. Tot ‘grote gemeenten’ worden de provinciehoofdsteden gerekend en gemeenten met tenminste 90.000 inwoners. Ruim 40 procent van de Nederlandse bevolking woont in deze 38 gemeenten. Gemeentelijke woonlasten bestaan uit rioolheffing, afvalstoffenheffing en ozb (alleen voor huiseigenaren, onroerendezaakbelasting). Gemiddeld genomen gaan huurders in 2017 1 procent minder gemeentelijke woonlasten betalen, woningeigenaren 0,2 procent minder. Dit komt in de praktijk neer op een paar euro minder betalen. Dit is echter een gemiddelde: iedere gemeente bepaalt deze tarieven zelf en deze kunnen nogal uiteen liggen. Wat betreft de grote gemeenten uit dit onderzoek ben je in Nijmegen het goedkoopst af als huurder. Daar betaal je gemiddeld €58 aan gemeentelijke woonlasten. In Zaanstad ben je bijna tien keer zoveel kwijt: daar betaal je €562 per jaar.
Verborgen belasting
Het lijkt dus alsof de inwoners van grote gemeenten er iets op vooruit gaan, maar schijn bedriegt. Het COELO wijst er namelijk op dat sommige gemeenten ongemerkt nog meer inkomsten binnenkrijgen via een zogeheten precariobelasting. Dat is een aanslag voor de drinkwater- en elektriciteitsbedrijven voor het gebruik van leidingen. De bedrijven rekenen de kosten die ze daarvoor aan de gemeente moeten betalen door aan de ‘klanten’, dus de inwoners van de gemeente. Zo betaal je indirect dus meer belasting dan je op je aanslag ziet. De gemeente krijgt hier miljoenen mee binnen. In de Tweede Kamer wordt een voorstel besproken om deze precariobelasting binnen tien jaar af te bouwen.